2014 Werken met behoud van uitkering:

Onderzoek/Aanbeveling: In de huidige wet is het mogelijk dat mensen tot wel vier jaar met behoud van uitkering aan het werk worden gezet. Ook voor de tegenprestatie zijn de voorwaarden onduidelijk. Het ministerie spreekt van ‘werkzaamheden voor een paar uur per dag of per week’ en van ‘werkzaamheden voor enkele weken of maanden, dus niet voor lange tijd’. Door deze vage termen is het voor veel gemeenten onduidelijk hoe lang, en onder welke voorwaarden, wat van bijstandsgerechtigden gevraagd mag worden. Vrijwilligerswerk moet je niet bij wet willen regelen en via de zogenoemde tegenprestatie willen afdwingen. De meeste mensen doen heel veel voor de maatschappij. Hierover worden en kunnen ook prima afspraken gemaakt worden tussen bijstandsgerechtigden en sociale diensten. Aan werken met behoud van uitkering, een eufemisme voor verdringing van reguliere arbeid en vakkrachten, moet een einde gemaakt worden. Het is onacceptabel dat enerzijds mensen met een regulier contract ontslagen worden en anderzijds werklozen hetzelfde werk onder het minimumloon moeten verrichten. Niet alleen gaat dit ten koste van werkgelegenheid maar het leidt ook tot regelrechte armoede en uitsluiting. Een forse verbetering zou al zijn om uit te gaan van het principe dat tegenover werk gewoon loon betaald behoort te worden. Als vuistregel zou moeten gelden dat wanneer sprake is van training of opleiding voor de job, dit voor maximaal drie maanden met behoud van uitkering wordt toegestaan, mits er uitzicht bestaat op uitstroom naar regulier werk

met een arbeidscontract. De termijn van drie maanden geeft zowel werkzoekende als werkgever voldoende tijd en ruimte om te beoordelen of de functie past bij werkzoekende en werkgever. Ook biedt deze termijn voldoende ruimte voor bijstandsgerechtigden om ‘werkritme’ op te doen.

Bron: SP Onderzoek 2013